Dagboek van een Bello
 
Vrijdagochtend 6.30u. Met een kwieke sprong uit het bed. Nog niet uitgerust, maar de spanning houdt me al sinds 5.00u. uit de slaap. De Bello 3-daagse staat voor de deur. Na een snel maar voedzaam ontbijt de bidons gevuld, de spullen in de auto en klaar voor vertrek. Magda brengt me naar Polysport in Dieren waardoor ik gelukkig niet met 13 km achterstand op mijn lotgenoten begin. Ik zal de energie hard nodig hebben, een tochtje van zo’n 140 km in een temperatuur van ruim dertig graden gaat je immers niet ongestraft in je zeem zitten.
 
Bij Polysport is Bert druk in de weer. De Golf zit al voor de helft vol met fourage. Maarten doet er nog een schepje bovenop met technische voorzieningen. De 8 tassen met bagage worden moeiteloos door Bert tussen de Jerry-can met water en de lunch gestouwd. Dankzij mijn ‘status aparte’ mag ik deel uitmaken van een geweldige, bijna overgeorganiseerde maar vooral gedisciplineerde groep. Ferry heeft voor elke dag een fantastische route uitgezet. Wiebe heeft na een voortreffelijke voorbereiding ook de breefing puik voor elkaar en dus rest de overige Bello’s Meindert, Rocus, Ruud en uw croniquer slechts fietsen volgens de strakke discipline die we in dit Bello-regime gewend zijn. Ik heb mijn bidons in mijn auto laten liggen! geen nood, ik kan er twee lenen van Bert. Ik zal ze nodig hebben met de voorspelde hitte. Pünktlich om 8.00u. starten 7 Bello’s, naast onze trouwe soigneur en chauffeur Bert, uitgezwaaid door Pia, voor de eerste etappe. Aart en Arre hebben nog professionele verplichtingen en zullen vanavond om 8.00u. aansluiten
 
Rond een uur of elf zijn we aan de koffie toe en strijken neer op een zonovergoten terras in Borken (?). Aan de overkant is een banketbakker en Wiebe kan het niet laten een paar stevige stukken gebak voor bij de koffie te scoren. Na een half uurtje gaan we verder en in stevig tempo leggen we de kilometers in een mooi achterhoeks en aanpalend Duits landschap af. De sfeer is goed. De kopmannen houden zich uitstekend aan de afgesproken gemiddelde snelheid. Verderop in het peloton wordt bijgepraat over van alles en nog wat. Exact volgens geplande tijd ontmoeten we Bert in de buurt van Coesfeld bij een mooie boerderij in ‘the middle of nowhere’ en doen we ons te goed aan een overdadige lunch. De warmte wordt inmiddels goed voelbaar.
 
Na een uurtje herpakken we ons en starten we met de laatste 50 kilometers richting Rheine. Al vrij snel komen we op een oude kilometerslange spoordijk, voorzien van mooi asfalt. Met een strak tempo van rond de 33 per uur sleuren de kopmannen Ruud en Maarten ons naar  Rheine. Een lekke band voor Maarten, zo’n 10 km voor de finish is het enige technische ongemak tot nog toe. Helaas blijkt ook de buitenband slecht en klapt de nieuwe binnenband. Ook dat mag de pret niet drukken en een kwartiertje later gaan we op naar de finish. Pas als je stilstaat merk je hoe heet het is. Flink drinken is het devies. Mijn zitvlak begint inmiddels steeds meer te protesteren. Volgens planning komen we aan bij het Altstadt hotel, snel verfrissen en wandelend naar de Salzwerkstadt. Onderweg nemen we ons welverdiende eerste Duitse biertje in een Biergarten die nauwelijks die naam mag hebben.
 
In de Salzwerkstadt worden we enthousiast door Frau Smitz bijgepraat over de ‘Salzherstelling’ in de Gottesgabe. Via een nagenoeg volledig natuurlijk proces wordt Sole (zout grondwater) met 6% zout via een verdampingsproces in de buitenlucht ingedikt tot water met ca 26% zout. Daarna wordt via verhitting het zout verkregen. We leren van alles over sleedoorn van 2 tot 5 jaar oud, onder een hoek van 10 graden geplaatst, langssijpelend zoutwater, Salzschichten en –kristallen.  Na een film en de rondleiding maken we zelf zout en gaan we vervolgens al knutselend aan de slag om leuke zoute  verrassingen voor de thuisblijvers te creëren.
Om 20.00u. ontmoeten we Aart en zijn echtgenote en Arre in het hotel en gaan we bij de familie Stefanovic Steak eten. Na het proeven van een ‘milde’ Joegoslavische wijn (!) houden we het toch maar bij water en witte wijn. Mijn ‘Zwiebelsteak’ smaakt voortreffelijk. Rond elf uur moe maar voldaan het bed in. Helaas is de combinatie van vochtige warmte, een vreemd bed en lawaaierige ‘Habitur’ vierende studenten geen gelukkige combinatie om in slaap te komen. Na een paar stevige donderslagen en een licht buitje keert de rust weer en probeer ik de slaap te vatten.
 
Om zeven uur reveille en na een prima ontbijt om acht uur weer klaar voor de start. Op naar Borger. Aart heeft zijn helm nog thuis liggen dus uitkijken naar een fietswinkel die we, goed en wel terug in Nederland, snel gevonden hebben.  Voor mij de gelegenheid om een verlichtend zalfje aan te schaffen en op te brengen.
 
Snel daarna komen we aan in Lattrop waar we neerstrijken in ‘De Holtwijde’, een sjiek restaurant, waar we gaan genieten van een welverdiende kop koffie met een mooi stukje gebak. Inderdaad erg mooi, maar de helft van een normale portie tegen de dubbele prijs. Op de een of ander wijze toch in balans. Het terras, het prachtige landelijke uitzicht, met 23 graden in een heerlijk zonnetje, te midden van mooie kunst en in een goed gezelschap, is het meer dan waard.

Rond de middagpauze heeft Bert weer een mooie plek langs het kanaal gevonden waar we opnieuw van een voedzame en overvloedige lunch kunnen genieten. Tevens gelegenheid om nog even het materiaal te controleren.
 
We vervolgen onze tocht in noordelijke richting via een stukje Duitsland en opnieuw in Nederland zoeven we langs boortorens, ja-knikkers oude en nieuwe stijl en kilometers lange pijpleidingen langs de weg. Ik moet er niet aan denken om hier bij bewolkt en mistig weer te zijn! Het wijdse landschap zo in de zon heeft wel echter iets moois. Opnieuw volgens schema komen we rond half vier aan in Ees bij restaurant Eeserhof. De fietsen mogen in de feestzaal worden gestald en na de welverdiende en broodnodige opfrisbuurt pak ik samen met Ferry een verkwikkend drankje op het terras. De rest is te laat en moet meteen de taxibus in. We vertrekken naar het Hunebed-museum in Borger. Na een inleidend praatje van een dame die ons zal rondleiden, starten we met een film die ons meeneemt in de discussie omtrent het wel of niet doen van opgravingen in de nog overgebleven 52 Drentse hunebedden. In het museum staan de resultaten van de laatste opgraving eind vorige eeuw: zo’n 150 trechterbekers, kommen, schalen en vlijmscherpe vuurstenen pijlpunten. Als je bij zo’n Hunebed staat, blijft het toch indrukwekkend om zo’n kolossale steenformatie te aanschouwen. We kunnen slechts gissen hoe men destijds met beperkte middelen die stenen op zijn plaats kreeg, om ze vervolgens te laten dienen als begraafplaats voor tientallen overledenen uit die tijd.
 
Na opnieuw een leerzaam cultuurhistorisch onderdeel uit onze 3-daagse gaan we terug naar Eeserhof, waar we moe maar voldaan neerstrijken op het terras en waar ik mijn beurse en vermoeide achterwerk tot rust laat komen (ik blijk overigens niet de enige te zijn!). Inderdaad, ruim 300 kilometers gaan je niet zomaar in je zeem zitten.
 
Na de biertjes en witte wijn komen de bitterballen (die niet bij iedereen in de smaak vallen) en in de tweede ronde olijven op tafel. Als we met de serveerster in gesprek komen, blijkt ze uit de Oekraïne te komen. Het is er de afgelopen weken weer erg onrustig geworden. Ze weet te melden dat er zo’n 25 soldaten aan Oekraïnse zijde gesneuveld zijn en daarnaast zo’n 100 separatisten (of dat russen zijn  wil ze niet zeggen). Haar 36-jarige broer blijkt onlangs opgeroepen te zijn voor het leger. De toestanden rondom de Krim, de MH17 en de verhoudingen in die hoek van Europa komen dan weer heel dichtbij.
 
Na onze keuze uit de speciaal voor ons aangerukte aspergekaart heeft de kok zijn werk gedaan en worden we aan tafel geroepen. Na een lekker voorgerecht doen we ons tegoed aan een overheerlijke asperge. Met een nagerecht en koffie wordt de maaltijd bezegeld en verplaatsen we ons naar de tv: de champions league-finale Juventus-Barcelona.
 
Rond een uur of half twaalf zoek ik het bed weer op. Ogen dicht en slapen. Als een blok! ’s Morgens om half acht maakt Aart me wakker. Voor het eerst sinds lange tijd verslapen. Toch nog op tijd aan een goed ontbijt en rond half negen staan we weer klaar voor de start. Ditmaal blijkt Rocus zijn helm te missen. In zijn kamer, het restaurant en de feestzaal wordt gezocht. Hij blijkt hem uiteindelijk zelf op zijn kamer te hebben ‘verstopt’ achter het gordijn.
 
We starten voor de laatste etappe. We passeren eindeloze akkers met aardappelen en graan, afgewisseld met weilanden en her en der boerderijen tussen mooie eikenbomen. Ferry heeft prachtige  routes gekozen, maar het wegdek had hij niet voor het kiezen. De hobbelige klinkers teisteren meer en meer mijn  achterwerk. Toch kan ik het zalfje aan iedereen aanraden. De pijn blijft draaglijk. Die laatste kilometers ga ik met gemak afleggen. Ook Meindert moet op zijn tanden bijten. Zijn hamstring voelde gisteren al niet zo lekker aan. Vandaag neemt hij een paracetamolletje en komen er rek- en strekoefeningen aan te pas. We kunnen weer snel onze rit vervolgen. De hamstring doet het gedurende de rest van de rit naar behoren.
 
Al weer snel treffen we Bert op een mooi terras in het zonnetje langs het Stieltjeskanaal in Hardenberg. In ‘no time’ staan er enorme stukken appeltaart en koffie op tafel. We blijken aangeland bij een groot feestcentrum waar het varken aan het spit hangt en waar in twee grote brouwketels zo’n kleine 1000 liter bier voor eigen gebruik gebrouwen wordt. We worden uitgenodigd voor het feest dat die middag in de boomgaard zal plaatsvinden. Er volgt al snel een tegen-voorstel: U bent van harte welkom in Dieren. Daar start vanmiddag klokslag half vier een prachtig welkomsfeest ter gelegenheid van de afsluiting van drie fantastische dagen!
 
Na een uurtje vervolgen we onze route; op naar de Holterberg. Het blijft een verraderlijke bult. Na elke klim lijk je op de top te zijn, maar komt er nieuwe kuitenbijter in beeld. Ik rijd met Maarten naar boven, beurtelings op kop, in hoog tempo en stevig in het rood. Na de afdaling wachten we de anderen op en strijken we in Holten neer op het terras bij Tastoe. We genieten opnieuw van een prima lunch en rond een uur of half twee starten we voor het laatste stukje. Wiebe gebied ons om de resterende 50 kilometers in gepast tempo af te leggen. We hebben immers een aankomst van half vier gepland. Het blijkt een lastige opgave. De koplopers ruiken de stal. Steeds opnieuw moeten ze tot de orde geroepen worden om het tempo te matigen. In Brummen zwaait Aart af. Hij gaat zich thuis omkleden en zal in Dieren weer aan sluiten. Nog even stevig doortrappen en Polysport komt in beeld. Om precies 2 minuten (!) voor de geplande aankomsttijd worden we verwelkomd door een enthousiast ontvangst comité.
Het wijntje op het terras smaakt uitstekend. We hebben drie fantastische dagen beleefd: zon, cultuur, kamaraadschap. Aart, Arre, Bert, Ferry, Maarten, Meindert, Rocus, Ruud en Wiebe,  fantastische Bello’s, bedankt!
2024130cookie-checkverslag 3-daagse