Dag 3 Campitello – Malosco 106 km, 2250 hm
Pffft, wat een tropische hitte was het ook weer deze dag. De warmte maakte het voor de organisatie (Ferry) noodzakelijk om het dagschema aan te passen. Ferry, samen met Arne, kreeg het voor elkaar om het ontbijt met een half uur te vervroegen. Voor het hotel al een hele organisatorische operatie.
We vertrokken daarom met een tevreden gevoel uit hotel Alaska, waar we ons al een beetje thuis begonnen te voelen. De eigenaresse, Mw. Maddalena Defrancesco, dacht er ook zo over, want we werden hartelijk uitgezwaaid.
Dat het vandaag een hell of a job zou worden, wisten we al. Niet iedereen had een goede nachtrust gehad, als je weet dat je om te kunnen presteren geen ongemakken moet hebben en over een puike conditie moet beschikken. Op papier was deze etappe niet bijzonder zwaar met twee beklimmingen. Echter de praktijk wees anders uit. Er waren drie inspannende beklimmingen in plaats van twee. De Monte San Pietro stond niet als zodanig in het routeplan vet gedrukt, maar was toch niet uit te vlakken. We beschouwden het als een cadeautje van Ferry. En natuurlijk kwam daarbij de bakoven, dat zorgde dat de hitte als verzengend werd ervaren met temperaturen dichter bij de veertig dan bij de dertig graden en geen wolkje aan de hemel.
De koffiestop was na de beklimming van de Costalunga met hellingspercentages van één cijfer. Niet eenvoudig deze col, maar we waren nog (figuurlijk) fris. Gebak was niet beschikbaar in het café in Ponente, maar Wim had in zijn proviandvoorraad een doos met koek van Snelle Jelle. Dit heerlijke kruidkoekje samen met de verse Italiaanse koffie vormde een prima combinatie.
De volgende (lunch)stop in Caldaro was na de lange afzink naar het dal van de Adige, een charmante streek met veel appelboomgaarden en wijngaarden. Wim had weer de bus op een prima plek geparkeerd: een picknickplaats met banken en tafels en heel belangrijk: schaduw. Ook hier werd er weer voor ons gebakken door Maarten: dit keer ei met spek. Aan mij was het nu niet besteed maar er was genoeg vraag ernaar zodat de kok voldoening en veel dank voor zijn arbeid kreeg. Naast de inwendige mens, zorgt Wim er ook voor dat we ook over slaapmatjes beschikken, zodat we na de lunch even een uiltje kunnen knappen. Zelfs kan er een cooling down worden gedaan door een voetenbad te nemen in sprankelend bronwater.
Ondanks deze goede zorgen was de animo niet bijster groot om weer op de fiets te stappen. Het venijn zat met de 15 kilometer lange beklimming van de Mendolapas in de staart van deze etappe. Ferry blies op de fluit en toen moest het maar weer. Het was een zware opgave maar gelukkig was Wim opnieuw een rustpunt voor ons: bij een koud waterbassin halverwege de klim had hij de bus geparkeerd. Ieder liet deze mogelijkheid niet onbenut om zich even (of wat langer ) op te kunnen frissen. Op de top van de col bleek dat we manmoedig en met spirit omhoog waren geklommen. Uiteindelijk was na deze kwelling, toch het tevreden gevoel dat overheerste. Wat wel wat opvallend was, was dat de echte krasse knarren, de opa’s onder ons, als eersten boven waren. Dit zal een uitdaging voor de jongelui voor de nog resterende dagen moeten zijn, om dat weer recht te zetten. Ik kijk er nu al naar uit.
Tijdens het voedzame diner in Hotel Panorama in Malosco wachtte ons nog een verrassing. Fred wist dat voor de vijfde keer de GBBT wordt verreden en vond dat hieraan aandacht moest worden geschonken. We kregen allemaal een fraaie blikken, maar niet kinderachtige, herinneringsmedaille door Fred omgehangen. Een exclusief materieel aandenken aan al deze sportieve uitdagingen.

We hebben de eerste drie dagen goed onszelf maar ook elkaar leren kennen en gaan gelouterd de rest van onze fietsweek in.
Ton
 
2026670cookie-check  Da